Vernix betekent in het Latijn ‘vernis’ en caseosa betekent ‘kaas’. Vernix is de beschermlaag van de babyhuid in de baarmoeder, zodat de huid zich goed kan ontwikkelen en niet verweekt door het vruchtwater. Het wordt gevormd tijdens het derde trimester van de zwangerschap, in week 36.

Witte huidsmeer

Vernix wordt ook wel huidsmeer genoemd, maar dat is het niet echt. Het laagje bestaat onder andere uit dode huidcellen, eiwitten en vet. Toch heet het in de volksmond dus witte huidsmeer, want daar lijkt het natuurlijk erg op.

Hoeveel vernix huidsmeer een pasgeborene op de huid heeft, kan erg verschillen. De ene baby heeft veel huidsmeer bij de geboorte, de andere baby heeft geen huidsmeer. Bij een vroeggeboorte hebben kinderen überhaupt nog geen vernix. En kinderen die na 42 weken geboren zijn, hebben vaak geen vernix meer over.

Ook de manier van bevallen heeft invloed op de hoeveelheid huidsmeer bij een pasgeboren baby. Kinderen die na een keizersnede ter wereld komen, hebben doorgaans meer vernix dan na een vaginale bevalling het geval is.

Laten zitten of weghalen?

Niet alleen in de buik, maar ook na de bevalling blijkt vernix erg belangrijk. Er wordt veel onderzoek gedaan naar de functie van deze laag. Zo lijkt het erop dat vernix ook antibacteriële en temperatuurregulerende eigenschappen bezit.

Vernix is een normaal verschijnsel, niet schadelijk en heeft dus zelfs mogelijk een belangrijke functie. Er is dan ook geen noodzaak om vernix meteen weg te halen.